Zondag 22 maart, de vierde dienst in de 40-dagentijd, zal de heer Kees Schuitmaker de opname in de Hamonie verzorgen. Je kunt de dienst beluisteren via de website Kerkomroep.nl.
Het thema van de overdenking is het vierde werkwoord uit het lied van Ramses Shaffy: bid.
Siebren Zwaan zorgt voor de muzikale omlijsting.

“Soms zit ik te denken
wat dat bidden toch zou zijn
dat deed ik vroeger nooit
daarom ging het toen zo fijn
ik steek nog wel ’s een kaarsje aan
en ik sla nog wel ’s een kruis
maar ‘t gaat niet zo lekker meer
als vroeger bij ons thuis.”
Toon Hermans

Uit dit kleine gedichtje blijkt dat ook Toon Hermans al worstelde met hoe te bidden. Een aantal gemeenteleden gaven dit ook per mail aan.
Er wordt wat afgebeden in deze wereld. Het is van alle eeuwen, bij alle volkeren en in alle religies. Zelfs als je nihilist bent en denkt dat er buiten het zichtbare niets is, kun je “bidden”.

Alleen is het dan niet naar een “hogere macht”, maar een bede of intentie voor een dierbare naaste, die je “alle goeds” wenst. Die dierbare naaste kan iemand zijn, maar ook moeder aarde, die aan het wankelen is gebracht, of je eigen zoektocht naar liefde en licht, iets wat je zo nodig hebt.
Vanuit de Christelijke traditie is bidden een ingebed ritueel, maar langzamerhand zijn we ons gaan afvragen of je zomaar om alles kunt bidden en aan wie doen we dan ons verzoek?
Als alleen bidden en danken voor het slapen gaan of bij het begin van de maaltijd een bid/dank moment oplevert, kan dat voor sommigen wellicht genoeg zijn, maar als bidden zo bedoeld is, is het wel erg gericht op eigen welzijn.
Kunnen we bidden los zien van onze traditionele kijk daarop?
Kunnen we het in een ander kader zetten en er dan beter mee overweg?
We lezen samen een aantal Bijbelverhalen, waaruit dat blijkt en kijken wat dat dan voor ons betekent.
Wellicht leidt dat dan tot een opdracht aan onszelf.

BID. DOE HET.